Het dossier over de verdwijning van de toen 18-jarige Belg werd in september 2019 door de Australische politie doorverwezen naar de «coroner» van de deelstaat New South Wales, een soort onderzoeksrechter die belast is met het ophelderen van de oorzaken van bepaalde soorten sterfgevallen.
In het water gevallen?
In haar openingsverklaring nam Kirsten Edwards, de advocate die lijkschouwer Teresa O’Sullivan assisteert, al het bewijsmateriaal nog eens door. Ze herhaalde onder meer dat de politie denkt dat de jonge Belg had geprobeerd over kliffen te klimmen, maar in zee was gevallen en meegesleurd. Ze liet weten dat zijn bezittingen echter nooit teruggevonden zijn, behalve een pet in de bossen vlakbij. «Als hij in het water is gevallen, zoals de politie zegt, is dat in elk geval gebeurd zonder zijn gsm, want op de middag van 1 juni werd er nog steeds een zwak signaal waargenomen», aldus Edwards.
Voorts liet de advocate weten het jammer te vinden dat de Belgische politie bepaalde geolocatiegegevens kon gebruiken, maar die om internationale juridische redenen niet mocht delen met de lijkschouwer. Daarom zullen in dit stadium van de hoorzittingen geen verklaringen of getuigenissen van Belgische onderzoekers worden afgelegd.
De openbare zitting werd bijgewoond door familieleden van de vermiste.