Zaterdag was er een lek in de toevoer van vloeibare waterstof vanuit de grondinstallaties naar de eerste trap. Drie pogingen om er iets aan te doen leidden tot niets en uiteindelijk blies de lanceerdirectrice de start af. Volgens missiedirecteur Mike Sarafin was het lek «groot». De oorzaak is nog niet gekend.
De krachtigste draagraket ter wereld kon in theorie nog maandag of woensdag (Belgische tijd) vertrekken. Maar die optie «ligt niet op tafel», klonk het op een persconferentie. Er is te weinig tijd om de herstelling tegen uiterlijk woensdag rond te krijgen.
«We gaan wanneer we klaar zijn»
De NASA moet trouwens nog beslissen of de herstelling op het lanceerplatform zal plaatsvinden, gevolgd door een mini-tankbeurt bij wijze van test, ofwel in het enorme assemblagegebouw (VAB). Gelijk welke optie impliceert een uitstel van meerdere weken.
Het eerstvolgende lanceervenster opent op 19 september en loopt tot 4 oktober (telkens lokale en Belgische tijd). Maar de NASA wil op 3 oktober met een Crew Dragon van SpaceX een nieuwe bemanning naar het Internationaal Ruimtestation ISS sturen en wil een lanceerconfllict vermijden.
Het lijkt er aldus op dat het daaropvolgende lanceervenster de optie is. Dit staat open van 17 tot 31 oktober. «We gaan wanneer we klaar zijn», zei NASA-hoofd Bill Nelson, die zelf een trip met een Spaceshuttle heeft gemaakt. «We gaan niet tot het zover is, vooral nu, bij een testvlucht.»
De SLS moet de onbemande en van een Europese servicemodule voorziene Orion-capsule naar de maan slingeren voor een testvlucht waarbij vooral het hitteschild bijzondere belangstelling zal genieten. Het uiteindelijke doel van het Artemis-programma is om, ten vroegste in 2025 en voor het eerst sinds 1972, weer een mens voet op onze natuurlijke satelliet te zetten.