Omdat alle leerlingen vanaf het eerste leerjaar een mondmasker moeten dragen, kunnen klasgenoten van een besmet kind beschouwd worden als laagrisicocontacten. Daarom moet een klas pas in quarantaine wanneer er vier besmettingen zijn of wanneer 25 procent van de klas besmet is. De quarantaine duurt dan vijf dagen. Als een leerling een hoogrisicocontact had buiten de klas en daarom in quarantaine moet, mag het kind wel uit quarantaine om naar school te gaan.
Secundair onderwijs
Voor leerlingen van het secundair onderwijs gelden de regels die in de brede samenleving van toepassing zijn. Wie volledig gevaccineerd is, moet na een hoogrisicogcontact niet langer in quarantaine en moet geen PCR-test afleggen. Wie slechts één prik kreeg, moet zeven dagen in quarantaine. Vanaf de vierde dag kan de leerling opnieuw buiten als hij of zij dagelijks een negatieve zelftest kan voorleggen. Wie niet gevaccineerd is, moet wel nog tien dagen in quarantaine of mag vanaf dag zeven naar buiten met een negatieve zelfstest.
Leerlingen die ziek zijn, moeten thuis blijven en zich laten testen op het coronavirus. Bovendien roepen de ministers van Volksgezondheid en Onderwijs de ouders op om hun kinderen voor maandag te testen met een zelftest en dat elke week te doen, ook als ze geen ziektesymptomen vertonen.
De regels in het onderwijs zijn zeker tot aan de krokusvakantie van kracht. Die start op maandag 28 februari.
Brede samenleving
Ook voor de brede samenleving zijn de test- en quarantainemaatregels aangepast. Dat is beslist omdat de druk op de testcapaciteit onhoudbaar wordt en om de eerstelijnszorg, die al vaker aan de alarmbel trok, te ontzien.
Zo moeten mensen die minder dan vijf maanden geleden de laatste dosis van de basisvaccinatie of een boosterprik hebben ontvangen dus niet langer in quarantaine na een hoogrisicocontact. Voorwaarde is uiteraard dat de betrokkenen geen symptomen vertonen. Hen wordt ook gevraagd om extra voorzichtig te zijn en preventieve maatregelen in acht te nemen, zoals het dragen van een mondmasker, afstand houden en contacten met kwetsbare groepen vermijden.
Daarnaast worden ook de isolatiemaatregelen voor wie besmet is versoepeld. Zij moeten wel nog in isolatie, maar die periode wordt ingekort van tien tot zeven dagen, op voorwaarde dat men geen symptomen meer vertoont en een negatieve zelftest kan voorleggen.