De man, Nottie, was 14 toen Servië Kosovo binnenviel in 1999. Hij woonde toen met zijn familie in Kosovo. Het vreselijkste moment was toen zijn vader werd meegenomen. Hij hoopt dan ook dat de oorlog tussen Rusland en Oekraïne snel tot een einde komt. «Je probeert te overleven. Als je ziet dat je papa wordt meegenomen... Je ziet hem nooit meer terug. Mensen denken niet aan hoe slecht oorlog is. Ik wil de boodschap uitsturen aan heel de wereld en aan alle leiders: we moeten dit proberen vermijden, want het is voor niemand goed. Mensen sterven alleen maar. Denk aan de mensen die achterblijven: kinderen, mama’s, papa’s... Mensen die hun zonen verliezen. Hun leven is verwoest. In België heb ik een heel goed leven: ik kan werken en heb zelf een zoon van twee. Maar toch mis je de tijd met je papa, en dat gaat nooit meer weg», vertelt hij vol emotie.
In tranen
Peter Van de Veire, Kawtar Ehlalouche en Wanne Synnave kregen het moeilijk tijdens zijn getuigenis. «We zijn allemaal mensen en we voelen allemaal hetzelfde. We zitten alle drie in tranen met je verhaal. Laat ons hopen dat ze het ergens horen, dat we het verhaal kunnen uitdragen en dat de oorlog gewoon stopt», reageert Peter.