Zo brengt ook daklozenorganisatie Samusocial in Koekelberg sinds kort mensen onder in het Brusselse Zuidstation, in samenspraak met de NMBS. «De voorbije twee maanden hebben daar al 75 Oekraïense vluchtelingen ’s nachts geslapen in stoeltjes, op banken of op de grond», klinkt het.
Voor veel asielzoekers in België is een tijd op straat doorbrengen sinds vele maanden de harde realiteit. Voor Oekraïense vluchtelingen is het nieuw. Al sinds het begin van de oorlog krijgen zij een statuut van tijdelijke bescherming en volgen ze een ander spoor dan andere vluchtelingen.
Volgens de gangbare procedure zouden zij, nadat ze zich bij de Dienst Vreemdelingenzaken hebben laten registreren, door Fedasil een opvangplaats in een van de drie gewesten toegewezen krijgen - meestal na een tussenstop in het transitcentrum Ariane in Woluwe. In de eerste helft van oktober bracht Fedasil daar nog 250 Oekraïeners onder, sindsdien niemand meer. Het centrum zit overvol, doordat de doorstroming naar de gewesten stropt. Oekraïeners die opvang vragen, moeten daarom rechtstreeks aankloppen bij de OCMW’s, klinkt het bij Fedasil. Volgens Samusocial krijgen elke dag zo’n veertig Oekraïeners die boodschap.
Beloofde nooddorpen blijven uit
Samusocial maakt zich grote zorgen. Met de winter in aantocht zullen haar voorzieningen nog sneller vollopen met dakloze Brusselaars, asielzoekers en nu ook Oekraïners op zoek naar een warme nacht.
Staatssecretaris voor Asiel en Migratie Nicole de Moor (cd&v) bevestigt dat er de afgelopen tijd onvoldoende plaats voor Oekraïeners was in het noodopvangcentrum van Fedasil omdat de gewesten, vooral het Waalse, onvoldoende plaatsen konden creëren. Dat zei ze donderdag in De Ochtend op Radio 1. Volgens de staatssecretaris hebben de gewesten zich intussen wel geëngageerd om «zo snel mogelijk» extra plaatsen te creëren.
Vlaams Parlementslid voor Groen An Moerenhout wijst de Vlaamse regering en vooral minister van Wonen Matthias Diependaele (N-VA) met de vinger, en vraagt zich af waarom er geen extra nooddorpen worden geopend. Er was eerst sprake van vijftien zo’n dorpen, maar tot nog toe werden er maar twee geopend. Die zitten intussen vol, zegt Moerenhout, waardoor lokale besturen ook andere huisvesting zoals sociale woningen moeten inzetten. «Er woedde al een crisis op de Vlaame woningmarkt en die is door de oorlog in Oekraïne alleen maar kritieker geworden. En minister Diependaele staat er met de handen in de zakken naar te kijken.»
Diependaele: «Vlaanderen komt engagement na»
Minister Diependaele reageerde donderdag in het parlement op het probleem dat Oekraïense vluchtelingen in stations slapen. Hij legt de schuld bij het federale niveau: er wordt de eerste dagen niet voldoende opvang voorzien, luidt het. «Je kan niet ontkennen dat er een probleem zit in de reguliere opvang», zei hij. «Het federale niveau zou voor de eerste dagen noodopvang voorzien, wat de tijd gaf om de doorverwijzing naar de lidstaten te doen. Maar dat systeem is weggevalen.»
Vlaanderen doet volgens hem nog steeds meer dan zijn deel. «Wij zijn onze engagementen helemaal nagekomen», zei hij. «Wij voorzien 80 procent van de noodopvang in België, dat is redelijk boven ons gewicht.» Volgens de minister zijn er dan ook nieuwe afspraken nodig.