De EU-landen moeten voor de herfst de nodige maatregelen nemen waarmee ze de pandemie een stap voor kunnen blijven, vindt de Commissie. «We gaan een nieuwe fase van de pandemie in, weg van de noodtoestand en naar een toekomstbestendigere omgang met COVID-19», zegt Commissievoorzitter Ursula von der Leyen. «Maar we moeten waakzaam blijven: de besmettingscijfers in de EU zijn nog steeds hoog, en wereldwijd sterven er nog steeds mensen aan COVID-19. Bovendien kunnen er nieuwe varianten ontstaan, die zich snel kunnen verspreiden.»
Het is voor de Commissie duidelijk wat de beste aanpak is van «het virus dat niet meer weggaat». Er moet meer worden gevaccineerd en geboosterd, via testing en sequentie-analyse moet een goede inschatting kunnen worden gemaakt van het aantal COVID-19-gevallen en van potentiële nieuwe varianten, en de nationale gezondheidszorgstelsels moeten na twee moeilijke jaren weer hersteld worden.
Desinformatie
Tegelijk roept de Commissie op tot meer coördinatie onder de lidstaten. Het gaat dan om de regels voor het veilig en vrij rondreizen, de ontwikkeling van de volgende generatie vaccins en geneesmiddelen en de strijd tegen misinformatie en desinformatie over de coronavaccins. Ook moet er mondiale solidariteit aan de dag gelegd blijven worden, vindt de Commissie.
Nieuwe varianten
«Het is niet de vraag of er nieuwe varianten zullen opkomen, maar wanneer dat gebeurt. Improvisatie en fragmentatie zijn geen optie. Waakzaamheid en paraatheid zijn crucialer dan ooit en we moeten ons werk zonder vertraging voortzetten», zegt vicevoorzitter Schinas.
Volgens de Commissie doen de afnemende immuniteit tegen COVID-19 en de kans dat het virus in de winter weer opleeft het risico op nieuwe varianten toenemen.