Het Supreme Court maakte op 24 juni komaf met het bijna 50 jaar oude federale recht op abortus in de Verenigde Staten. Daardoor zijn het nu de staten die beslissen over abortus, en op vele plaatsen is dat recht meteen fors of zelfs helemaal teruggedraaid.
«Veel Europeanen zouden deze gebeurtenissen kunnen opvatten als een Amerikaanse gelegenheid, maar in Europa ligt het recht op abortus wel degelijk onder vuur, ook in België», zegt Hilde Vautmans. Ze keurde daarom de resolutie mee goed die vraagt om van het recht op veilige en legale abortus een Europees grondrecht te maken.
Bezorgdheid
De Europarlementsleden zijn bezorgd over een mogelijke sterke globale toename van de financiering van antigender- en anti-choice-organisaties, ook in Europa. Ze dringen er daarom bij alle EU-lidstaten op aan abortus uit het strafrecht te halen - in België gebeurde dat in 2018 - en alle mogelijke belemmeringen voor een veilige en legale abortus en voor de toegang tot seksuele en reproductieve gezondheid weg te nemen en actief te bestrijden.
Het recht op abortus verschilt in Europa van lidstaat tot lidstaat. In België is het uit het Strafwetboek gehaald, maar zwangerschapsafbrekingen moeten in ons land wel aan voorwaarden voldoen. Zo moet een abortus gebeuren voor het einde van de twaalfde week na de bevruchting. In Malta bijvoorbeeld is abortus dan weer helemaal verboden. In Polen zijn de voorwaarden recent opnieuw strenger gemaakt.