Maar liefst 38,7 procent van de bevraagde werknemers zegt in een gouden kooi te zitten. Hoewel de meesten van hen toegeven niet gemotiveerd (73 %), ongelukkig (71 %) en onproductief (71 %) te zijn, durven ze toch de stap naar een andere baan niet zetten.
Dubbele dimensie
«Het probleem van de gouden kooi kent een dubbele dimensie», zegt Wim Van der Linden, woordvoerder bij Tempo-Team. «Enerzijds is er een enorm verlies aan mobiliteit op de arbeidsmarkt, wat het invullen van openstaande vacatures nog meer bemoeilijkt. Anderzijds verliezen bedrijven ook intern potentieel omdat er een tekort is aan motivatie bij hun werknemers.»
Nochtans heerst er schaarste op de Belgische arbeidsmarkt. Volgens cijfers van Statbel waren er in het derde kwartaal van vorig jaar 196.227 vacatures bij Belgische ondernemingen. Dat is het hoogste aantal sinds het begin van de driemaandelijkse vacature-enquête in 2012.
Lijnrecht tegenover werknemers in een gouden kooi staan de werknemers die optimaal functioneren. Ze zijn meer gemotiveerd (87 %), gelukkiger (94 %) en productiever (87 %). Ze hebben ook een betere band met hun collega’s (87 % vs 23 %) en hun leidinggevenden (88 % vs 24 %).
«Het is zonde van tijd en middelen om aan de ene kant schaars talent te rekruteren en intussen het potentieel van de bestaande werknemers niet volledig te benutten», zegt prof. dr. Anja Van den Broeck, arbeidsmotivatie-experte aan de KU Leuven «Daarom is het belangrijk dat zowel op vlak van HR als organisatieniveau inspanningen geleverd worden om werknemers te binden en houden.»