De 34-jarige De Kock zit in Nederland in de cel voor wederrechtelijke vrijheidsberoving en betrokkenheid bij het overlijden van de 4-jarige jongen. De onderzoeksrechter in Dendermonde vraagt zijn overlevering voor moord op en ontvoering van Dean Verberckmoes. Het lichaam van Dean werd in Nederland gevonden ter hoogte van Neeltje Jans in Zeeland, en De Kock werd opgepakt in Meerkerk in de provincie Utrecht. Dean werd in België ontvoerd, maar er is nog geen zekerheid over waar hij om het leven kwam.
De Kock verscheen op 20 januari voor de officier van justitie in Amsterdam, die hem in overleveringsdetentie plaatste. Daarmee startte de overleveringsprocedure. In Nederland moeten alle overleveringsverzoeken van een land uit de Europese Unie door het Amsterdamse parket en de Amsterdamse rechtbank worden behandeld. De raadkamer van de Amsterdamse rechtbank oordeelde op 28 januari dat De Cock in overleveringsdetentie blijft.
Schuldig verzuim
Dave De Kock verzet zich tegen de overlevering, waardoor de Internationale Rechtshulpkamer van de rechtbank Amsterdam moet beslissen over de overlevering. Volgens zijn Nederlandse advocaat Michael Yap is er geen sprake van moord of ontvoering. «Hooguit kan hij berecht worden voor het achterwege laten van hulp.» De advocaat had gevraagd het Nederlandse onderzoek toe te voegen aan het strafdossier, maar dat werd door de Nederlandse justitie geweigerd.
Mensonwaardige omstandigheden
Volgens de verdediging van De Kock zouden de omstandigheden in de gevangenis in ons land mensonwaardig zijn, in het bijzonder de toegang tot gezondheidszorg voor gedetineerden. Hij heeft in de gevangenis van Middelburg al gevraagd om een psychiater en een psycholoog, zo bleek op de zitting. De overlevering zou de situatie van De Kock verslechteren, besloot zijn advocaat Michael Yap. Het openbaar ministerie in Nederland vraagt echter ook de overlevering aan ons land.
Tegenstrijdige verklaringen
De Internationale Rechtshulpkamer beslist op 22 februari over de overlevering. De rechtbank oordeelt alleen over de overlevering en niet over de feiten zelf. Tegen de beslissing is geen beroep mogelijk. Als de overlevering wordt toegestaan, moet die binnen tien werkdagen uitgevoerd worden.
Het Belgische gerecht hoopt op een snelle overlevering, zodat De Kock en zijn vriendin R.W. met elkaar geconfronteerd kunnen worden. De Kock en de Nederlandse R.W. legden tegenstrijdige verklaringen en hun respectievelijke rol in het overlijden van de jongen is nog niet uitgeklaard.