De federale procureurs zijn dinsdag begonnen met de voorlezing van de bijna 500 pagina’s tellende akte van beschuldiging. De eerste 117 bladzijden stonden in het teken van de aanslagen zelf, het onderzoek dat erop volgde en de voorstelling van de Belgische cel.
De federale procureurs legden uit welke gebeurtenissen de uitvoering van de aanslagen van 22 maart 2016 in Brussel en Zaventem versneld hebben. De overlevenden van de terreurcel achter de aanslagen van 13 november 2015 in Parijs werden geïdentificeerd en waren bang dat ze zouden opgepakt worden. Vervolgens focuste de akte op de aanslagen zelf en was er aandacht voor de slachtoffers, die «niet geviseerd werden om wie ze waren, maar omdat ze zich op het foute moment op de foute plaats bevonden».
Belgische cel
Een groot deel van de akte gaat over het onderzoek naar de aanslagen van de Belgische cel. De procureurs overliepen de verschillende safehouses die de cel gebruikte en de resultaten van de huiszoekingen en het telefonieonderzoek. Zo ging het uitgebreid over de laptop in de Max Roosstraat, «een goudmijn voor de speurders», waarop audiofragmenten en testamenten gevonden werden.
Tot slot begonnen de procureurs aan het thema van de Belgische cel, dat het grootste deel van de akte uitmaakt. Vandaag kwamen de kamikazes - de broers Bakraoui, Najim Laachraoui en Mohamed Belkaid - al aan bod, vanaf morgen gaan we over naar de beschuldigden.
Van Quickenborne in gebreke gesteld
Over de commotie rond de omstandigheden van de detentie en transfer van de beschuldigden van maandag werd tijdens de zitting niets meer gezegd. Meester Jonathan De Taye verklaarde dat hij minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open Vld) in gebreke heeft gesteld. Er viel te horen bij de verdediging dat de situatie nog onveranderd is, maar dat ze wel «positieve signalen» krijgen over aanpassingen.