In 2020 was er een aanzienlijke daling (-21 procent tegenover 2019), die was sterk gelinkt aan de impact van de COVID-19-epidemie en de opgelegde inperkingsmaatregelen. De globale trend van het laatste decennium blijft wel dalend, stelt Sciensano.
Het aantal nieuwe hiv-diagnoses steeg bij personen met de Belgische nationaliteit, zowel bij mannen die seks hebben met mannen als bij heteroseksuele mannen en vrouwen, terwijl er bij niet-Belgen een daling of stabilisatie van het aantal hiv-diagnoses was.
In 2021 werd 48 procent van de nieuw geregistreerde hiv-infecties vastgesteld bij mannen die seks hebben met mannen en 48 procent bij heteroseksuelen. Intraveneus druggebruik werd gerapporteerd voor 2 procent van de hiv-diagnoses; perinatale overdracht vertegenwoordigde 1 procent van de nieuwe diagnoses. Vorig jaar werden 694.792 hiv-tests uitgevoerd, een stijging van 10 procent in vergelijking met 2020.
«Het lijkt erop dat de hiv-overdracht bij Belgische mannen die seks hebben met mannen in 2021 opnieuw is toegenomen ondanks het stijgende gebruik van de preventieve hiv-behandeling (PrEP). Dit wordt gesuggereerd door het stijgend aantal acute hiv-infecties in 2021, dat weer hetzelfde aantal bereikte als in 2019», luidt het.
Vertraagde diagnose?
Het is mogelijk dat bij sommige personen de diagnose met vertraging is gesteld door de beperkte toegankelijkheid van de testfaciliteiten tijdens de COVID-lockdownperiodes in 2020. «Feit is echter dat er slechts een lichte toename van de laattijdige diagnoses was in 2021, alleen bij de Belgen.»
Bij niet-Belgen, in het bijzonder bij personen met Subsaharaans Afrikaanse nationaliteiten, ziet Sciensano dat het aantal nieuwe hiv-diagnoses blijft dalen. «Verschillende factoren, zoals migratiedynamieken en hiv-prevalentie in de landen van oorsprong, beïnvloeden het aantal diagnoses in deze groep. Daardoor is het moeilijk om de exacte reden voor deze dalende trend aan te wijzen.
«Hiv-epidemie niet onder controle»
In 2021 leefden in België naar schatting 19.177 personen met hiv. Hiervan werd 94 procent gediagnosticeerd, hiervan kreeg 89 procent antiretrovirale behandelingen, en hiervan had 97 procent een onderdrukte virale lading. «Dit betekent dat 81 procent van alle personen die in ons land met hiv leven, een onderdrukte virale lading had. België is dus goed op weg naar de UNAIDS 95-95-95-doelstellingen voor 2025. Toch heeft ongeveer één op de vijf mensen die met hiv leven in België een niet-onderdrukte virale lading, wat maakt dat het virus nog steeds kan overgedragen worden. Dit is voornamelijk te wijten aan een vertraagde diagnose of onderbreking van de hiv-zorg.»
«Ondanks de vooruitgang van de voorbije jaren is de hiv-epidemie in België nog niet onder controle. Het is van groot belang om nog meer vooruitgang te boeken op het gebied van vroegtijdige diagnose en het effectief gebruik van het volledige gamma van preventiestrategieën, waaronder PrEP, door personen met een risico op hiv. Het nationaal HIV-Plan biedt zonder twijfel een geschikt beleidskader voor een gecoördineerde samenwerking en communicatie tussen gezondheidsautoriteiten en hiv-actoren om de hiv-respons te optimaliseren. Als zodanig is het een essentieel instrument voor België om de UNAIDS-doelstellingen voor 2025 te bereiken», aldus het rapport.
Extra middelen
De federale overheid voorziet 1 miljoen euro extra budget voor een hiv-plan om de hiv-epidemie in België onder controle te krijgen. Het budget maakt deel uit van een hiv-plan, bedoeld om de doelstelling van de Verenigde Naties om tegen 2030 een einde te maken aan de hiv-epidemie te halen, zegt Vandenbroucke. Het geld dient onder meer om extra kwetsbare personen een preventieve hiv-behandeling aan te bieden.
De interministeriële conferentie (IMC) Volksgezondheid keurde het nationale hiv-plan in oktober goed na overleg met betrokken actoren en hiv-patiënten. Het plan omhelst preventieve maatregelen, maar bijvoorbeeld ook het systematisch contacteren van patiënten die niet komen opdagen voor hun follow-up. Daarnaast moet de preventieve hiv-behandeling (PrEP) makkelijker toegankelijk worden voor personen met een hoog risico op hiv-infectie en wordt er gewerkt aan een wettelijk kader voor screening op hiv en soa’s door niet-medische zorgverstrekkers.
Volgens Vandenbroucke moet België «écht een tandje bijsteken als het gaat om het verminderen van het aantal nieuwe hiv-infecties en het snel diagnosticeren van geïnfecteerde personen». «Dat laatste maakt een snelle opstart van de hiv-behandeling mogelijk.»