In de eerste helft van 2022 konden bedrijven nog een beroep doen op het systeem van coronawerkloosheid. De dagen werkloosheid golden evenwel niet als gelijkgestelde periode voor het recht op vakantie. Gevolg: de dagen coronawerkloosheid van 2022 tellen niet mee voor de berekening van het aantal vakantiedagen en het vakantiegeld voor dit jaar.
Bij ononderbroken coronawerkloosheid in de eerste zes maanden vorig jaar bijvoorbeeld betekent dit dat van de 20 wettelijke vakantiedagen slechts de helft overblijft. En van het enkel en dubbel vakantiegeld ook maar de helft. Dat is extra problematisch voor werknemers die in de zomermaanden een collectieve sluiting kennen. Vaak hebben ze niet eens genoeg vakantiedagen om die collectieve sluiting te dekken.
Oplossing nodig
Volgens de christelijke vakbond gaat het in totaal om meer dan 6,8 miljoen dagen niet-gelijkgestelde coronawerkloosheid. «Meer dan 300.000 werknemers worden hiervan de dupe», aldus de vakbond, die bij de regering aandringt op een oplossing. Die werknemers werken vooral in de bouw, de horeca, de zorgsector, vervoer en opslag, handel en garages en administratieve ondersteunende diensten. Ook veel medewerkers van industriële bedrijven zijn getroffen.
De dagen coronawerkloosheid zijn wel gelijkgesteld voor bijvoorbeeld de berekening van het pensioen.